Stemmingen werd geschreven in opdracht van de Nederlandse Organisatie voor Accordeon en Mondharmonica (NOVAM) en met steun van het Fonds voor de Scheppende Toonkunst.
De tien voordrachtstukken zijn bedoeld voor de beginnende accordeonist die ten minste een jaar les heeft gehad.
In Stemmingen maakt de muzikant kennis met composities die wat betreft stijl en sfeer sterk van elkaar verschillen.
Omdat er diverse types accordeon bestaan (accordeons met melodiebassen, met standaardbassen, een combinatie van beide of de zogenaamde convertors), zijn aanwijzingen voor balgvoering en registratie achterwege gelaten. Bovendien zijn van enkele stukken twee versies gemaakt, een voor melodiebassen en een voor standaardbassen.
De overige stukken zijn op elk type accordeon uitvoerbaar.
Jacob ter Veldhuis (1951) studeerde compositie, elektronische muziek en algemene muzikale vorming aan het Gronings Conservatorium. Zijn leraren waren Willem Frederik Bon en Luctor Ponse. In 1980 ontving hij de Prijs voor Compositie. Na enkele jaren werkzaam te zijn geweest in het muziekonderwijs, wijdt Ter Veldhuis zich nu volledig aan het componeren. Tot zijn oeuvre behoren orkestwerken (waaronder twee symfonieën), kamermuziek voor uiteenlopende bezettingen en elektronische muziek. Daarnaast schrijft hij muziek voor film, theater en circus en muziek voor kinderen.
8e geactualiseerde editie!
Afvallen en gezond eten is opnieuw DE trend.
Het Calorieën Alfabet werd al aanbevolen door de Consumentenbond in de Consumentengids van juni 2005. Het is het enige boek waarin gezondheidsbeoordelingen van voedingsmiddelen op basis van gegevens van het Voedingscentrum zijn opgenomen. Vanzelfsprekend vindt u in dit boek de voedingswaarde per voedingsmiddel, uitgedrukt in de gebruikelijke kengetallen, zoals joules, calorieën, eiwitten, koolhydraten en vetten. Joules en calorieën heeft u nodig om te kiezen tussen de verschillende energiewaarden van voedingsmiddelen. Een goed gewicht is van invloed op uw gezondheid, maar u kunt door de keuze van wat u eet uw gezondheid op meer manieren gunstig beïnvloeden.
Daarom vindt u in het Calorieën Alfabet ook een aantal aanvullende kolommen (eenvoudige uitleg in de inleiding) die de gezondheidswaarde per voedingsmiddel aangeven:
- Blokjespiramide: advies voor consumptie op basis van criteria van het Voedingscentrum: groen = ‘bij voorkeur’, geel = ‘middenweg’, rood = ‘bij uitzondering’.*
- Komt voor op de Schijf van vijf van het Voedingscentrum.*
- GI = de Glycemische Index geeft aan in welk tempo koolhydraten als bloedsuikers beschikbaar komen. Ook hier een visueel signaal met de kleuren groen, geel en rood.*
- ADH = een visueel signaal* over de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid die er van een genoemde stof in een voedingsmiddel zit.
- Na = Natrium-/zout-gehalte.
Via de BFE-waarden kunt u heel gemakkelijk de gebruikte energie en de gegeten en gedronken voedingsmiddelen per dag in balans brengen.
Tevens vindt u tabellen waarin u de effecten ziet van de combinatie van verschillende soorten voedingsmiddelen:
– diverse soorten brood met vele soorten beleg;
– verschillende bereidingen van aardappel, rijst en pasta in combinatie met vele soorten vlees en vis;
– diverse dranken in combinatie met verschillende borrelnootjes of -hapjes;
– verschillende vormen van bewegen (o.a. sport) in combinatie met repen of snacks.
Dit boek geeft ook aandacht aan het gebruik van energie door bewegen.
De gegevens van 40 complete menu’s zijn voor u uitgerekend.
Het Calorieën Alfabet is verkrijgbaar bij alle boekhandels
Dit boekje is verkrijgbaar bij alle boekhandels. Als een boekhandel het niet in voorraad heeft, kunt u het aldaar bestellen: bestelnummer is ISBN 987 90 6020 828 1. De boekhandel heeft het dan binnen 2-3 dagen in huis.
LET OP! Als u naar de boekhandel gaat, vraag dan naar juist dit boekje, en laat u geen andere titel verkopen. Dit is het enige boekje waarin consumptieadviezen volgens de criteria van het Voedingscentrum zijn verwerkt.
* Op die plaatsen zijn de symbooltjes in het boek in kleur afgebeeld.
Ouders en opvoeders die inzicht willen krijgen in wat er bij het jonge kind gevoelsmatig allemaal speelt, zullen dit boek geboeid lezen en daarna met meer ontspanning en plezier het kind tijdens de eerste opvoedingsjaren begeleiden.
Pas als je begrijpt wat er zoal kan meespelen, is het mogelijk grenzen te stellen en ruimte te geven aan het uiten van emoties. Aletha Solter verstaat als geen ander de kunst om datgene wat na wetenschappelijk onderzoek over jonge kinderen duidelijk is geworden, te combineren met ervaringen van haarzelf en andere ouders.
Op begrijpelijke wijze legt zij uit hoe je in de dagelijkse praktijk het beste met jonge kinderen in verschillende situaties kunt omgaan.
Aletha J. Solter is ontwikkelingspsychologe en moeder van twee kinderen. Ze heeft aan de universiteit van Californië gedoceerd en onderzoek gedaan, is auteur van verscheidene wetenschappelijke publicaties en geeft workshops voor ouders. Ze komt regelmatig naar Nederland.
Meer informatie over Aletha J. Solter en de organisatie The Aware Parenting Institute:
www.awareparenting.com
Joseph O’Connor en John Seymour werden beiden in het neurolinguïstisch programmeren getraind door vooraanstaande psychologen die deze richting openlegden, John Grinder, Robert Dits, Judith DeLozier en Richard Bandler, en hebben met hun cursussen en publicaties een belangrijke bijdrage aan de groei van NLP geleverd.
De auteurs leiden met deze gids ook de lezer zonder speciale voorkennis binnen in de enorme, boeiende wereld die voor iedereen dankzij NLP kan opengaan. Daarbij staat centraal, zo benadrukken zij, dat het om zowel een wetenschap als een kunst gaat. De methodiek van het ontdekken en leren beheersen van patronen die door zeer begaafde mensen worden toegepast, wordt door elk individu in een persoonlijke stijl in praktijk gebracht.
Dankzij de voorbeeldfunctie van zelf te kiezen talentvolle personen, zal elke lezer met deze gids zijn eigen weg weten te vinden naar een verbetering van communicatieve vaardigheden, die van belang zijn om anderen te begrijpen en door anderen begrepen te worden.
De mogelijkheden van NLP blijken in de praktijk van deze nog steeds groeiende vorm van toegepaste psychologie van onschatbare waarde te zijn voor persoonlijke groei en optimaal functioneren in de hulpverlening, het onderwijs, het bedrijfsleven en in het privé-leven.
Met haar boek De taal van huilen maakt Aletha Solter ons duidelijk hoe we erachter kunnen komen wat baby’s en jonge kinderen bedoelen als ze huilen. Dit revolutionaire boek biedt de mogelijkheid om tot een betere, diepere relatie met kinderen te komen. Solter heeft het geschreven voor ouders, verzorgers, onderwijzers en werkers in de gezondheidszorg.
Het boek geeft inzicht in de redenen waarom kinderen huilen en boos zijn en leert ons hoe we daar het best op kunnen reageren.
Andere voordelen van Solters benadering zijn onder meer: baby’s worden geholpen om ’s nachts door te slapen (zonder dat ze worden genegeerd); kinderen leren spanning en trauma beter te verwerken; hun leer- en concentratievermogen wordt verhoogd; hun gevoel van eigenwaarde groeit en hun emotionele leven verdiept zich; agressief gedrag van kinderen vermindert.’
Ongetwijfeld zal het boek de lezer meer zelfvertrouwen geven als ouder of verzorger, omdat het speciale vaardigheden aanreikt, die vooral gericht zijn op constructief omgaan met tranen en driftbuien. Dankzij deze nieuwe vaardigheden zien ouders tot hun vreugde hun kinderen in lichamelijk en psychologisch opzicht gezonder worden.’ (uit het voorwoord van Thomas Gordon)
Aletha J. Solter is ontwikkelingspsychologe en moeder van twee kinderen. Ze heeft aan de universiteit van Californië gedoceerd en onderzoek gedaan, is auteur van verscheidene wetenschappelijke publicaties en geeft workshops voor ouders. Ze komt regelmatig naar Nederland.
Meer informatie over Aletha J. Solter en de organisatie The Aware Parenting Institute:
www.awareparenting.com
Vanaf de 6e druk geheel herzien, ook met een nieuwe vertaling!
In Baby’s weten wat ze willen beschrijft Aletha Solter een warme, aandachtige methode om met baby’s in de leeftijd van 0-2,5 jaar om te gaan. Uitgangspunt is dat baby’s zelf het beste weten wat ze nodig hebben. Het gaat erom dat ouders en verzorgers hun signalen opvangen en die op de goede manier interpreteren. Huilen neemt een centrale plaats in, omdat het de belangrijkste manier is waarop baby’s aandacht vragen voor hun behoeften, en waardoor ze frustraties en pijnlijke gebeurtenissen verwerken. Als ze echte aandacht krijgen wanneer ze huilen (of boos zijn, of lachen) en niet op allerlei manieren gesust worden, kunnen ze zich goed herstellen van traumatische ervaringen, aldus de auteur.
Deze methode berust voor een deel op de werkwijze van het ‘co-counselen’, waarbij volwassenen elkaar leren het vermogen terug te vinden om te huilen, te lachen en woedend te worden, waardoor ze zichzelf kunnen genezen van de gevolgen van vroegere pijnlijke ervaringen.
Baby’s weten wat ze willen bevat oefeningen voor ouders om door middel van deze ‘ontladingsmechanismen’ eigen pijnlijke ervaringen te verwerken, om daarna beter in staat te zijn de behoeften van hun kind te vervullen.
Aletha J. Solter is ontwikkelingspsychologe en moeder van twee kinderen. Ze heeft aan de universiteit van Californië gedoceerd en onderzoek gedaan, is auteur van verscheidene wetenschappelijke publicaties en geeft workshops voor ouders. Ze komt regelmatig naar Nederland.
Meer informatie over Aletha J. Solter en de organisatie The Aware Parenting Institute:
www.awareparenting.com
De vertaling werd verzorgd door Dorine Duyster waarbij drs Hanneke van Hasselt-Mooy (kinderpsychologe) feedback gaf; zij vertaalde mede de eerdere versie van dit boek.
Focussen geeft je toegang tot de wijsheid van je eigen lichaam. Met deze even zachtaardige als krachtige vaardigheid bereik je positieve veranderingen in je leven. Bij het focussen geef je aandacht aan iets in je lijf dat nog vaag, maar wel voelbaar is en dat te maken heeft met een situatie in je leven. Als je bij dat ‘iets’ stilstaat, op een vriendelijke, uitnodigende manier, krijgt het de kans zich kenbaar te maken. Het is een proces dat je helpt erachter te komen wie je in wezen bent, wat je werkelijk voelt en wat je echt wilt. Het kan andere processen, zoals het ontwikkelen van je eigen kwaliteiten, allerlei vormen van therapie en lichaamswerk, je spirituele ontplooiing, ten goede komen.
Ann Weiser Cornell, die talloze workshops in Noord-Amerika, Europa en het Verre Oosten heeft geleid, leerde het focussen bij Eugene Gendlin, de grondlegger ervan. In het begin had zij er moeite mee zich deze techniek eigen te maken, maar ze vond het belangrijk genoeg om door te zetten. Dat maakt haar tot de ideale auteur om het focussen bij de lezer te introduceren. Met behulp van De kracht van focussen kun je stap voor stap leren de wijsheid van je lichaam te verkennen en deze te laten doorwerken in je dagelijks leven.
Meer informatie over Ann Weiser Cornell: www.focusingresources.com
Experiëntiële therapie en kortdurende therapie worden vaak als twee uitersten gezien: waar in het ene model wordt getracht de cliënt onder andere via focussen de diepte in te leiden, is het andere model juist zo direct mogelijk op de oplossing van problemen gericht.
Bala Jaison, oorspronkelijk opgeleid in de op focussen gerichte psychotherapie, durfde buiten dat kader te kijken en zich ook in kortdurende therapie te verdiepen, om te ontdekken dat er juist ook raakvlakken tussen die uitersten bestaan en dat een therapie geweldig gebaat kan zijn bij het niet principieel vasthouden aan één van beide modellen.
Zij kan vanuit haar veelzijdige ervaring duidelijk maken hoe bepaalde situaties zich in de ene of de andere aanpak zouden ontwikkelen en op welk punt er mogelijk stagnatie optreedt. Die punten worden door haar tot kruispunten gemaakt, waar de therapeut kan overwegen even de andere weg in te slaan om zo de cliënt weer vlot te trekken. Zij heeft daarbij veel aandacht voor aspecten als taalgebruik, het werken met delen van de persoon (zoals de Criticus en het Kind), doelen, inschaling en de ‘wondervraag’. In haar manier van integreren wordt wel vastgehouden aan de oorspronkelijke keuze voor een experiëntiële of een kortdurende benadering, die immers om wat voor reden ook het geschiktst voor de cliënt werd gevonden, maar de therapeut heeft steeds datgene uit de andere aanpak beschikbaar dat op een bepaald moment toch beter zou kunnen werken. Omdat dit niet in een theoretisch model te vatten is, maar door de therapeut in de praktijk moet worden afgetast, heeft Jaison talrijke voorbeelden beschreven, met helder commentaar op welke momenten zich integratiepunten voordoen en hoe positief het werkt om dan inderdaad ruimte voor een alternatieve aanpak te maken.Therapeuten uit beide richtingen kunnen in dit boek hun inzichten verder verruimen en veel inspiratie opdoen.
Bala Jaison, Ph.D. heeft in Toronto een praktijk als psychotherapeut voor individuele cliënten en paren, www.focusingtherapy.org
Zij geeft cursussen aan therapeuten in het integreren van focussengerichte en oplossingsgerichte therapie en in interactieve focussengerichte therapie voor paren. Verder past zij haar inzichten toe in het adviseren van scholen en bedrijven met betrekking tot conflictoplossing en goede samenwerking.
Deze titel is bij De Toorts niet meer leverbaar. Er zijn nog enkele exemplaren beschikbaar via het museum. http://www.jopiehuismanmuseum.nl
Dit boek bevat vrijwel het complete geschilderde oeuvre, vele tekeningen en foto’s van de schilder en zijn omgeving. Zijn onderwerpen vindt hij dicht bij huis: de liefderijk verzamelde voorwerpen als de schoenen van oude Yde, de verstelde broek van Meuke Albertje, klomplaarzen, de lappenpop.
Ook zijn later werk, dat lichter van kleur, nog minutieuzer en verfijnder is, is in deze uitgave opgenomen.
De dichter Rutger Kopland beschreef wat hem in de schilderijen raakte. Jopie zelf maakte een aantal opmerkingen bij zijn werk.
Zo zegt hij bijvoorbeeld: “Het is troep. Maar het nederige wordt door de manier waarop ik het benader en schilder boven zijn eigen onaanzienlijkheid uitgetild.”
Rutger Kopland is het pseudoniem van R.H. van den Hoofdakker.
Van zijn hand verschenen vele gedichtenbundels.
Deze titel is bij De Toorts niet meer leverbaar. Er zijn nog enkele exemplaren beschikbaar via het museum. http://www.jopiehuismanmuseum.nl
Dit boek bevat vrijwel het complete geschilderde oeuvre, vele tekeningen en foto’s van de schilder en zijn omgeving. Zijn onderwerpen vindt hij dicht bij huis: de liefderijk verzamelde voorwerpen als de schoenen van oude Yde, de verstelde broek van Meuke Albertje, klomplaarzen, de lappenpop.
Ook zijn later werk, dat lichter van kleur, nog minutieuzer en verfijnder is, is in deze uitgave opgenomen.
De dichter Rutger Kopland beschreef wat hem in de schilderijen raakte. Jopie zelf maakte een aantal opmerkingen bij zijn werk.
Zo zegt hij bijvoorbeeld: “Het is troep. Maar het nederige wordt door de manier waarop ik het benader en schilder boven zijn eigen onaanzienlijkheid uitgetild.”
Rutger Kopland is het pseudoniem van R.H. van den Hoofdakker. Van zijn hand verschenen vele gedichtenbundels.
Dit boek geeft een zeer compleet en overzichtelijk beeld van de emoties waarmee mensen te maken (kunnen) krijgen, wanneer een dierbare naaste overlijdt of als er sprake is van het verlies van gezondheid, (echt)scheiding, verhuizing of emigratie. Door haar onafhankelijke manier van denken en observeren legt Riekje Boswijk verrassende verbanden en komt ze tot opmerkelijke inzichten. Emoties als woede, verzet, verdriet, jaloezie, berusting, angst, schuldgevoel, berouw, vergeving en wraak krijgen een plaats binnen het rouw- en verwerkingsproces; emoties die de voortgang van het rouwproces verhinderen, worden nauwkeurig beschreven. De lezer zal zich door de persoonlijk doorleefde stijl begrepen en gesteund voelen. Er worden diverse concrete aanwijzingen (zowel voor rouwenden als voor hun omgeving) gegeven om het rouw- en verwerkingsproces te helpen volbrengen. Naast rationele en emotionele processen worden er ook spirituele of zielservaringen beschreven. Het boek is gebaseerd op de overtuiging dat ieder verlies goed kan worden verwerkt.
Riekje Boswijk-Hummel richtte samen met Jan Boswijk Centrum Boswijk op, waar zij meer dan dertig jaar werkte als therapeute en opleider aan de Opleiding Transpersoonlijke Psychotherapie. De inzichten en ervaringen die zij gedurende die jaren opdeed, legde zij vast in haar boeken.
De laatste jaren geeft ze nascholing aan therapeuten en andere hulpverleners, en lezingen aan geïnteresseerden.
Voor uitgebreidere informatie over Riekje Boswijk en de activiteiten in het centrum, zie: www.centrumboswijk.nl
Wat gebeurt er als je ruzie hebt? Hoe komt het dat je je soms zo machteloos kunt voelen? Wat is pijn eigenlijk? Hoe moet je met je verdriet en je woede omgaan? Hoe ga je om met autoriteit? Wat is ‘dichtklappen’? Wat is ‘zieligheid’? Hoe komt het dat ruzies vaak zo lang duren? En helemaal niets opleveren? Deze en nog talloze andere vragen komen in dit boek aan de orde. Op systematische en bijna ‘simpele’ wijze legt Riekje Boswijk-Hummel uit wat er met je energie gebeurt tijdens ruzies, hoe een machtsstrijd ontstaat en verloopt én wat je kunt doen om ruzies uit de knoop te halen en eventueel te voorkomen.
Aanbevolen en praktisch bruikbaar voor ieder die wel eens ruzie heeft (en wie heeft dat niet?). Ook voor al diegenen die beroepshalve met mensen werken, omdat de originaliteit van de visie een volstrekt nieuw licht werpt op de oorspronkelijke heelheid van mensen en helder uitlegt hoe die heelheid onder invloed van pijn uiteenvalt in verdeeldheid.
Riekje Boswijk-Hummel richtte samen met Jan Boswijk Centrum Boswijk op, waar zij meer dan dertig jaar werkte als therapeute en opleider aan de Opleiding Transpersoonlijke Psychotherapie. De inzichten en ervaringen die zij gedurende die jaren opdeed, legde zij vast in haar boeken.
De laatste jaren geeft ze nascholing aan therapeuten en andere hulpverleners, en lezingen aan geïnteresseerden.
Voor uitgebreidere informatie over Riekje Boswijk en de activiteiten in het centrum, zie: www.centrumboswijk.nl
